Mestverwerkingsplicht voor paardenhouders
Voor veel paardenhouders geldt geen mestverwerkingsplicht, maar dat is niet in elke situatie zo. Zodra de fosfaatproductie van je paarden hoger is dan de plaatsingsruimte op je eigen grond, kan er toch een verplichting ontstaan.
In dit artikel lichten we de regels toe voor bedrijven die zich volledig richten op paardenhouderij.
Wanneer geldt de mestverwerkingsplicht?
Er is sprake van een mestverwerkingsplicht wanneer je paarden meer fosfaat produceren dan er op je grond geplaatst mag worden. Een eenvoudige berekening maakt dat inzichtelijk.
- Plaatsingsruimte grasland: 75 kg fosfaat per hectare
- Plaatsingsruimte bouwland: 40 kg fosfaat per hectare
- Fosfaatproductie per dier (norm 2025):
- Paard: 28,6 kg
- Pony: 13 kg
Bij grasland ontstaat een bedrijfsoverschot wanneer je gemiddeld meer dan 2,6 paarden per hectare per jaar houdt. Is er een overschot, dan moet een percentage daarvan verwerkt worden. Dit percentage verschilt per regio:
- Gebied Zuid: 59%
- Gebied Oost: 52%
- Overig gebied: 10%
Vrijstellingen
Veel paardenhouders vallen onder een vrijstelling. Dat werkt als volgt:
- Klein overschot
Moet je minder dan 100 kg fosfaat verwerken? Dan ben je vrijgesteld.
Voorbeeld: bij 150 kg overschot en 52% verwerkingsplicht moet je 78 kg verwerken. Dat blijft onder de grens van 100 kg, dus je hoeft niet te verwerken. - Afzet naar champignonsubstraatbereider
Mest die naar een champignonsubstraatbereider gaat, mag je aftrekken van de verwerkingsplicht.
Op de mestbon (rVDM) gebruik je opmerkingscode 72. - Strorijke mest
Bedrijven waar minimaal 90% van de fosfaatproductie afkomstig is uit met stro ingestrooide stallen krijgen volledige vrijstelling.
Alle mestbonnen (ook zonder stro) krijgen opmerkingscode 73. - Regionale afzet binnen 20 km
Bedrijven waarvan het bedrijfsoverschot maximaal 25% van de fosfaatproductie is en dit volledig binnen 20 km afzetten voor directe aanwending, hebben volledige vrijstelling.
Op de mestbon noteer je opmerkingscode 71, eventueel aangevuld met 32.
Meer informatie vind je in het uitgebreide artikel Mestverwerkingsplicht: regels, vrijstellingen en VVO’s | AR.
Wat kun je doen?
- Heb je een vrijstelling?
Dan hoef je niets te regelen, behalve zorgen dat de juiste opmerkingscodes op de mestbonnen staan. - Geen vrijstelling en wel een bedrijfsoverschot?
Dan kun je een Vervangende Verwerkingsovereenkomst (VVO) aanschaffen. Deze overeenkomst moet uiterlijk 31 december bij RVO geregistreerd zijn. De kosten zijn meestal beperkt en je voorkomt problemen achteraf.
De specialisten van AR Bedrijfsontwikkeling kunnen dit voor je organiseren.
Meer weten?
Op onze website Mestbeleid en andere regelingen paardenhouderij | AR vind je aanvullende informatie.
Voor vragen kun je terecht bij je specialist van AR Paard of AR Bedrijfsontwikkeling. Mailen kan ook via info@ar-bedrijfsontwikkeling.nl.